Circulair Business Model – Grondstoffen herwinnen

3 december 2020
Geen opmerkingen
2409 views

Heb je het al gemerkt? Als je de eindjes van een lijn bij elkaar legt, creëer je een cirkel. Dat is precies wat je doet wanneer je afval herleidt tot grondstof. Je verbindt het einde van de stroom weer met het begin en je bewaart de waarde in de economische cirkel.

Wanneer in de oude lineaire economie een product het einde van de levenscyclus heeft bereikt, belandt het op de afvalberg. Als dat product kan worden ontmanteld om op zijn beurt grondstof te worden, schept het mogelijkheden om die afvalberg te verkleinen.

Afval, het nieuwe goud? 

Dat afval eigenlijk een grondstof is, eentje die vaak gratis of heel goedkoop beschikbaar is, is iets wat steeds meer bedrijven beginnen te beseffen en er creatief mee aan de slag gaan.

Zo vormt het Nederlandse meubelmerk Planq (www.planqproducts.com) afgedankte en overstock kleding weer om tot een hoogwaardig materiaal. Zo overbrugt het de kloof tussen design en duurzaamheid. Via een proces van vervezelen en vermengen met bioplastics ontstaat er een geperst materiaal dat wordt gebruikt om de meubelen een unieke uitstraling te geven. Elke stoel uit gerecycleerd denim zou 11 700 liter drinkwater besparen. Zonder bioplastics wordt het textiel verwerkt tot vilt voor akoestische oplossingen.

Wist je trouwens dat het recycleren van textiel de hoogste CO2-besparing geeft van alle recycleerbare afvalstromen? Textiel kan in alle toepassingen worden hergebruikt, tenminste als het niet in aanraking is gekomen met restafval. Dat proces is namelijk een pak minder arbeidsintensief dan helemaal van nul beginnen met de productie. Dat beseffen ook steeds meer kledingmerken die wel nieuwe collecties produceren maar die dat doen met gerecycleerd textiel.

Ook bijproducten van een productieproces kunnen inputs worden voor andere organisaties. In Deinze hebben het familiebedrijf Tomato Masters (https://tomatomasters.be/) en de startup Aqua4c (https://www.omegabaars.be/) hun bedrijven op elkaar aangesloten in een volledig gesloten circulair systeem.

De tomatenkwekerij legt zich al sinds 1966 toe op het kweken van tomaten. Doorheen de jaren – en de generaties – zijn ze op zoek gegaan naar optimalisaties voor kwaliteit, productie én milieu. Zo beschikt het bedrijf over een eigen warmtekrachtkoppelingsmodule en produceert het niet alleen warmte en CO2 voor de serres, maar ook elektriciteit voor 3.000 gezinnen. Tomato Masters levert deze elektriciteit, warmte en regenwater – gerecupereerd van de serredaken – aan het naburige Aqua4C. Deze viskwekerij kweekt omegabaars, een duurzame Belgische vis die uitsluitend vegetarisch voedsel eet. Er is m.a.w. geen bevissing nodig om de omegabaars te voeden. Op zijn beurt levert de kwekerij aan Tomato Masters het water van de vissen dat vol nutriënten zit en dus prima voedingswater is.

Een voorwaarde om afval te kunnen opwaarderen tot grondstof is de samenstelling. Hoe eenvoudiger hoe beter. Wie herinnert zich de beelden van grote festivalcampings, daags na het festival? De festivalgangers zijn er niet meer, hun tenten nog wel. Zomaar achtergelaten. Dat een dergelijk reiskamertje een wegwerpding is, zouden festivalgangers van enkele generaties eerder zich niet hebben kunnen voorstellen. En laat ons hopen dat festivalgangers van de volgende generaties dit ook niet meer doen.

Het Nederlandse Kartent (https://kartent.com/) zet daar alvast de schouders onder door tentendorpen neer te zetten in karton. Wie niet met de eigen duurzame tent komt, kan er zo eentje huren. Ze zijn waterdicht, stevig en überhip. Hoewel deze tentjes slechts 1 festival meegaan, loopt hun leven door. Het karton krijgt een nieuwe bestemming in speelgoed, poppenhuizen en kindermeubels die thuis heel wat langer stootjes kunnen verdragen. Omdat de tenten uit slechts 1 materiaal bestaan – in tegenstelling tot klassieke tenten – is dat hergebruiken als grondstof relatief eenvoudig.

Koffiedik kijken? 

Ook koffiedik en citrusschillen hebben het voordeel van de eenvoud. Maar wat hebben ze met elkaar gemeen? Dat is een vraag die Unwaste (https://www.unwaste.nl/) beantwoordt met “Je huid houdt ervan!”. Koffiedik is een natuurlijke scrubber; citrus reinigt en ruikt heerlijk”. Nochtans wordt jaarlijks wereldwijd een volume koffiedik en sinaasappelschillen ter grootte van 500 Empire State Buildings verbrand als waardeloos afval. Unwaste ruikt daarin een gouden kans, SOOP ziet het levenslicht. SOOP, dat zijn heerlijke zepen die koffiedik en citrusschillen opwaarderen als volwaardige grondstof, bovendien zonder chemische toevoegingen en plastics. Je ontbijt zal er nooit meer hetzelfde uitzien.

Een ander bekend voorbeeld van koffiedik hergebruiken, is als voedingsbodem voor champignons. Containing Mushrooms (https://containingmushrooms.nl) kweekt oesterzwammen in containers, gebruikt daarvoor koffiedik van bedrijven én levert de oesterzwammen weer terug aan diezelfde bedrijven.

PermaFungi (https://www.permafungi.be/) in Brussel is een coöperatieve vereniging die met behulp van koffiegruis bio oesterzwammen kweekt en vervolgens de natuurlijke meststof ‘Champost’ maakt voor het kweken van groenten. Ze gaan nog een stapje verder door een deel van de reststromen van de oesterzwam kweek te verwerken tot een biologisch afbreekbaar materiaal dat plastic kan vervangen. Het is toegepast in ecodesign ontwerpen zoals de LumiFungi lamp.

Zelf aan de slag? Laat je creativiteit de vrije loop.

Het grote verschil in dit soort van projecten zit hem in het creatieve element. Het hergebruik is geen saai en zeker geen onzichtbaar gegeven. Nee, het toont de kracht die schuilt in iets dat je eerder zag als waardeloos afval. Het doet je opkijken. Het doet je lachen. Het doet je nadenken. Het brengt je bovenal op ideeën. Hergebruiken begint dus met het herbekijken. Met het zien dat de stad een goudmijn is, waar overvloed is als je maar goed kijkt.

Het meest frappante voorbeeld moet wel elektronica zijn. Niet alleen kost het veel minder energie om grondstoffen te winnen uit recyclage dan uit ertsen, ook is de concentratie aan waardevolle metalen en mineralen in elektronisch afval tot vijftig maal groter dan in ertsen uit mijnen. Niet voor niets wordt de stad een urban mine genoemd. Geef maar toe, ook jij houdt ergens in een lade een of meerdere oude gsm’s verstopt.

De verandering start met een oefening rond wat je als bedrijf of als startende ondernemer nodig hebt en wat je te veel hebt. Hoewel de kleding- en de voedingssector misschien relatief eenvoudig binnen de sector matches vinden, is het duidelijk belangrijk om wat uit te zoomen van het eigen bedrijf of zelfs sector om mogelijke samenwerkingen op het spoor te komen. Denk maar aan het koffiegruis dat binnen de koffie-industrie altijd afval zal zijn, maar kansen biedt voor champignonkwekers en natuurlijke cosmetica.

Wil je hulp bij je zoektocht dan is EME (Excess Materials Exchange, www.excessmaterialsexchange.com) een digitaal matchingsplatform dat samen met jou heel gericht op zoek gaat naar nieuwe hoogwaardige hergebruik opties voor materialen en (afval-)producten. Ze brengen het potentieel van je materiaalstromen in kaart en gaan een stap verder door nieuwe mogelijkheden en partners te zoeken.

Op de duur wordt het als een spel om eindjes aan elkaar te knopen tot nieuwe cirkels.
Het enige lastige neveneffect is dat je telkens je iets in de vuilnisbak gooit, misschien cirkels begint te zien.

Ben je zelf aan de slag als duurzaam ondernemer of wil je van start? Download dan het gratis Leap Model, een stappenplan om je organisatie duurzaam op de rails te krijgen.

Dit artikel kwam tot stand dankzij de ondersteuning van Vlaanderen Circulair.


Categories:   Omgeving
Liesbeth Baeten

Schrijfster, fotograaf, ondernemer, maatschappelijk werker, bruggenbouwer, keukenprinses, mijmeraar. Co-owner bij duurzaam communicatiebureau LEF.

Laat een reactie achter

Gelieve in te loggen of registreer om een reactie na te laten.